Om de klimaatcrisis aan te pakken, moeten we stoppen met het subsidiëren van het gebruik van fossiele brandstoffen. In het bestuursakkoord hebben we als doel gesteld om in 2050 klimaatneutraal te zijn en in 2030 onze CO2-uitstoot met 55% verminderd te hebben. Om deze doelen te behalen willen we het gebruik van olie en gas zo snel mogelijk terugdringen. Financiële steun voor het verbranden van olie en gas via fossiele subsidies belemmert echter de overgang naar een groene economie. PvdA en GroenLinks hebben het college daarom inzicht gevraagd in Brabantse fossiele subsidies.
Fossiele subsidies zijn “alle vormen van financiële steun, mogelijk gemaakt met overheidsmiddelen, die direct of indirect bijdragen aan het in stand houden en de vermeerdering van broeikasgassen door de winning of het verbruik van fossiele energie of fossiele grondstoffen”, aldus de definitie van de Wereldhandelsorganisatie. In oktober is een landelijke motie van GroenLinks en PvdA aangenomen om scenario’s voor het afbouwen van fossiele subsidies te onderzoeken. De Brabantse fracties van PvdA en GroenLinks hebben Gedeputeerde Staten nu via schriftelijke vragen opgeroepen het belang van de afbouw van fossiele subsidies te onderschrijven en hebben om een overzicht van alle beschikbare én reeds verleende provinciale fossiele subsidies gevraagd.
Saskia van Hulten (PvdA): “In Nederland geven we jaarlijks ruim 40 miljard euro uit aan fossiele subsidies. Dat gaat ten koste van alternatieven die beter zijn voor het klimaat, zoals goedkoper openbaar vervoer of grootschalige woningisolatie.”
Laura van Hazendonk (GroenLinks): “Voor een rechtvaardige aanpak van de klimaatcrisis moeten we zo snel mogelijk af van de subsidiëring van fossiele brandstoffen. Inzicht in fossiele subsidies is een eerste stap in het afbouwen ervan.”